Ter herinnering aan De Rustende Jager

Castricum – Veel oudere Castricummers denken nog wel eens met weemoed terug aan De Rustende Jager. Dit karakteristieke horecapand met doorrijstal aan de Dorpsstraat, dat zo’n 65 jaar heeft bestaan, viel in 1976 ten prooi aan de slopershamer om plaats te maken voor een kantoor van de Rabobank. Ton Revers ging even terug in de tijd en maakte een replica van ‘De Rus’.

Hans Boot

De oudst bekende afbeelding van De Rustende Jager is te zien op een gravure uit 1622. Aangenomen wordt dat het toen al een herberg was, ook wel bierstal geheten. De locatie aan de Dorpsstraat was natuurlijk een prachtige plek, want de herberg lag aan de doorgaande weg in het dorpscentrum, vlakbij de kerk, met faciliteiten voor doorgaande reizigers die het etablissement vanaf 1897 ook met de stroomtram konden bereiken.

Het pand heeft vele eigenaren gekend, waaronder schout mr. Joachim Nuhout van der Veen, die de rechten op de bierstal in 1787 kocht van Nicolaas Geelvinck, ambachtsheer van Castricum. Nadat De Rustende Jager in 1901 in het bezit kwam van Johannes Koopman en bleek dat het pand sterk verouderd was, liet hij in 1910/1911 op dezelfde plek met behoud van de naam een nieuw hotel-pension-café-restaurant bouwen met de bekende trapgevel. Er kwam ook een zaal bij, wat een impuls gaf aan vele nieuwe activiteiten zoals muziekoptredens, dansavonden en toneeluitvoeringen.

Luchtfoto van De Rustende Jager uit 1968. (Foto: Oud-Castricum)

De laatste eigenaar was Jan Endstra die ‘De Rus’ in 1969 kocht van Libert Eggers. Ook Endstra voerde nog wat veranderingen door. Zo richtte hij in 1973 een deel van het café in als slijterij en werd de ingang van het café naar de oostkant verplaatst. Ook kreeg het interieur een grote opknapbeurt.

Sloop

Lang heeft Endstra niet kunnen profiteren van de verbouw, want in 1974 ging hij in op een bod van de Rabobank om zijn pand te verkopen en dat te betrekken bij het naastgelegen kantoor. In dat jaar werd De Rustende Jager ook gesloten en het hele jaar 1975 stond het gebouw leeg. Op ongeloofwaardige argumenten van onveiligheid werden de luifels en trapgevels verwijderd en spoedig bleek dat de bank het gehele pand wilde slopen om op die plaats een nieuw bankkantoor te plaatsen. Veel inwoners zagen deze ontwikkeling met pijn in het hart toe en meer dan 2000 handtekeningen werden aan de bank aangeboden met als doel de afbraak tegen te houden. Tevergeefs, want de gemeente keurde de herbouwplannen goed onder het motto: ‘Liever een actieve Rabo dan een Rustende Jager’.

De tegeltableaus in het huidige pand van de Rabobank. (Foto: Oud-Castricum)

In de derde week van oktober 1976 startten de sloopwerkzaamheden. Daarmee werd het einde van een zeer bepalend dorpsgezicht bezegeld. Oud-Castricum slaagde er nog wel in om de twee oude tegeltableaus uit de gevel van De Rus te bemachtigen. Deze werden gerestaureerd en in 2003, toen de Rabobank opnieuw werd uitgebreid, in bruikleen gegeven aan de bank. Die liet ze vervolgens in de gevel van de nieuwbouw inmetselen.

Replica

De Castricumse kunstenaar Ton Revers kwam vorig jaar op het idee om van De Rustende Jager een replica te maken en legt uit waarom: ,,Voor mij is het een van de mooiste panden die de Dorpsstraat heeft gekend en ik vond het een enorme uitdaging om van het gebouw een replica te maken. Bovendien spreekt dit veel meer tot de verbeelding dan een foto. In totaal ben ik daar ongeveer een half jaar mee bezig geweest.”

Revers vertelt hoe hij te werk is gegaan: ,,Ik ben eerst op zoek gegaan naar voornamelijk foto’s. Ook ben ik gaan praten met de zoon van de vroegere directeur van de bank die ernaast zat. Het hele gebouw, dat gemaakt is van 40 kg lichte chamotteklei, heb ik op tekening gezet in verband met het krimpen van de klei. Ook om ervoor te zorgen dat alles in de juiste afmetingen nagemaakt zou worden. De replica bestaat uit twee grote delen die goed op elkaar moesten aansluiten. Het geheel is in een van de ovens van Duin en Bosch gebakken. Alleen de luifels zijn van hout en metaal gemaakt. Na het bakken heb ik het geschilderd met geelachtige acrylverf met grijstinten. Ik heb alles bewust licht gehouden, omdat de vorm van het gebouw dan mooier uitkomt.”

Het kunstwerk is geschonken aan Oud-Castricum. Het kreeg daar een mooie plek in de filmzaal. ,,Ik hoop dat het ooit van pas komt bij een speciale tentoonstelling. De echte Rus is slechts 65 jaar geworden, maar ik verwacht dat die van mij minstens de honderd haalt…”, aldus de maker. (Foto’s: Hans Boot)

Bronnen historie: jaarboeken Oud-Castricum.