Lezerspost: Totale zonsverduistering, hoe zeldzaam in Castricum?

De fraaie foto van de gedeeltelijke zonsverduistering in de Castricummer van 2 november verdient een compliment aan de maker Bert van Kuilenburg, die voorbijtrekkende, doorschijnende wolkenflarden benutte als zonnegloed-dempend filter. De eclips-zon had de vorm van een afgebeten appel, zolang de silhouet van de nieuwe maan een deel bedekte.

Mij interesseert wanneer in ons Castricum voor het laatst een totale zonsverduistering plaatsvond en wanneer de eerstvolgende zal gebeuren. Daartoe heb ik me verdiept in de wiskundige formules voor de baanbeweging van de aarde, de zon en de maan, en de eclipsmeetkunde van Bessel: een interesse sinds 1959 waarbij ik veel opstak uit correspondentie met de deskundige Vlaming Jean Meeus, de Amerikaan Fred Espenak en de Oostenrijker Heinz Scsibrany. Statistisch heeft iedere locatie op aarde een kans van drie totale zonsverduisteringen per duizend jaar. Maar de aardrijkskundige spreiding is uiterst ongelijk.

Ik vat de onthutsende berekenings-uitkomst kort samen: in Castricum had voor het laatst een totale zonsverduistering plaats op 17 juni 1433 en de eerstvolgende zal pas plaatsvinden op 22 juli 2381 (zie landkaartjes). Elders in Nederland zal in de komende 180 jaar er wel een totale zonsverduistering gebeuren: op 7 okt 2135 (Friesland, Groningen, Drenthe); op 25 mei 2142 (Z-Holland, Zeeland, W-Utrecht, Betuwe, N-Brabant, Limburg); op 14 juni 2151 (Z-Holland, Zeeland, N-Nrabant, Limburg); en op 14 april 2200 strijkt de totaliteitsstrook net over de Groningse Waddenkust. Echter al deze eclipsen lopen Noord-Holland mis en dan blijft een smalle zonnesikkel onbedekt. Ook in Castricum.

Wilhelm Carton