Met verbazing lees ik in de Castricummer van 10 januari over het niet plaatsen van een mindervalidetoilet in paviljoen Zoomers. Vanuit het platform voor Gehandicapten Castricum en later vanuit de WMO-raad Castricum heb ik altijd gepleit voor gehandicaptensanitair in de horeca. Ik zou de heer Arthur van de Berg willen zeggen, waarom kunnen wij bij u wel consumeren maar niet toiletteren? En de oplossing is zo simpel. Realiseer een gehandicaptentoilet volgens het bestaand bouwbesluit en plaats op de toegangsdeur van dit toilet drie stickers, te weten: 1 sticker dame, 1 sticker heer en 11 sticker met rolstoelsymbool. Een genderneutraal symbool is volgens mij niet nodig, maar ook nog niet voor handen denk ik, dit ter zijde.
Het toilet kan dus gebruikt worden door alle bezoekers; zo maakt Arthur zijn paviljoen in elk geval toegankelijk voor een ieder en is het geen ruimte die in zijn ogen waarschijnlijk te weinig wordt benut. Ik denk dat er via de WMO ook nog subsidie voor wordt verstrekt, dus extra kosten zijn heel erg laag. In mijn tijd bij de WMO-raad was het mogelijk om daar subsidie voor aan te vragen. Een klant die afhankelijk is van een mindervalidetoilet en weet dat er bij een horecagelegenheid geen geschikt toilet is, komt niet. Natuurlijk gaat hij ook wel met een gezelschap op pad, met familie, vrienden, ook dan kiest hij niet voor de horeca zonder voorzieningen voor gehandicapten. Hij mist dus niet één klant maar meerdere.
Tevens kan de heer Arthur in de toekomst als extra uitstraling de klant kenbaar maken dat gehandicapten zeer welkom zijn in zijn paviljoen. Ik kan hem verzekeren dat dit zeer positieve invloed heeft op het publiek. Nu hoop ik dat de heer Van den Berg zijn verbazing over de ophef wil wijzigen in een positief besluit om toch een mindervalidetoilet te realiseren. Zo niet, dan zou ik graag hierover met de heer Arthur van den Berg in gesprek willen gaan, misschien kan ik hem dan van gedachten veranderen.
Ad Hermans, Akersloot