Theo Oudkerk Pool (88) brengt kabouters tot leven

,,Alsof ik mijn jeugd in kabouter Tikie terugzie”

Castricum – Na het afsluiten van zijn actieve loopbaan als wetenschapper pakte Theo Oudkerk Pool een van zijn passies, het schrijven van gedichten en romans, op. Tussen 2012 en 2017 bracht hij drie romans uit. Een jaar terug sloeg hij een andere weg in en begon met het schrijven van kabouterverhalen. Wetenschap en fantasie lijken elkaar hier te vinden.

Bij aankomst is Theo, zo wil hij worden aangesproken, meteen duidelijk. ,,Graag anderhalve meter afstand houden.’’ Het lijken strenge woorden uit de mond van een vriendelijke man, maar hiertoe heeft hij alle reden. Met zijn leeftijd en hartklachten behoort Theo tot de risicogroep. Hij oogt beslist niet als een 88-jarige en straalt nog veel levensplezier uit.

CV

Theo volgde colleges Nederlandse taal (VU Amsterdam) en studeerde af als onderwijskundige en leerpsycholoog in Utrecht. Gedurende zijn werkzame periode voerde hij functies op nationaal en internationaal niveau uit en gaf hij in diverse landen gastcolleges over onderwijsvernieuwing vanuit een door hem ontworpen model Tussen 1957 en 2008 verschenen er vijftien educatieve boeken en meer dan honderd artikelen in onderwijstijdschriften van zijn hand. Als wetenschapper heeft Theo z’n sporen verdiend. Taal is hem niet vreemd.

Pensioen

In 1987 gaat Theo met vervroegd pensioen. Als zijn vrouw in 2003 zeventig wordt schrijft hij het boek ‘M’n beste maatje’, een hommage aan Carla, met wie hij inmiddels 63 jaar getrouwd is. In 2008 stopt hij met zijn onderwijswerkzaamheden. Hij is dan 66 jaar en vindt eindelijk tijd voor zijn grote passie, het schrijven van gedichten en romans. In 2012 verschijnt zijn eerste roman ‘Bloedbandgeheimen’, gevolgd door ‘Oom Edward – in Memoriam’ in 2015 en ‘De schaamte-olijf’ in 2017. Theo brengt de boeken zelf uit onder de schuilnaam Karel Johannes Ledoux’.

Kabouters

In 2019 gooit Theo het roer om. ,,Mijn zoon Marco, inmiddels 62, vertelde mij ’n keer dat hij nog steeds zulke leuke herinneringen heeft aan de kabouterverhaaltjes die ik in zijn kindertijd aan hem en zijn zus Inge vertelde. ‘Pap’, zei hij, ‘Ga er wat mee doen! Zet ze op papier zodat ze aan de huidige en volgende generaties kinderen verteld kunnen worden. Ze zijn zo leuk’. Gelukkig heb ik een feilloos geheugen en weet ik nog precies welke verhalen ik toen verteld heb. Ik zoog ze destijds ter plaatse uit m’n duim. Het leek Theo een leuke uitdaging om kabouterverhalen te schrijven. Hij startte met deel 1, ‘Kabouter Picolorus en zijn broertjes en vriendjes’.

In deel 2 is Picolorus vader geworden en in deel 3 heeft hij inmiddels opgroeiende kinderen. Eén van de kabouterkinderen in deel 3  is Tikie. Theo lijkt in zijn huid te zijn gekropen, want Tikie weet ,net zoals Theo vroeger, heel veel van de natuur. ,,Het is net alsof ik mijn eigen jeugd in kabouter Tikie terug zie”, zegt Theo. Bij het schrijven denkt hij in beelden. Hij weet deze zo vakkundig te verwoorden dat de figuur, waarover het gaat, tot leven komt. In een mum van tijd wordt de lezer meegenomen in het verhaal. Deel 1 en 2 zijn in concept klaar en zijn binnenkort in boekvorm verkrijgbaar. Aan deel 3 werkt Theo nog. Dit verschijnt volgend jaar. Kleindochter Ilana verzorgt de illustraties en de prachtige foto’s zijn van Theo zelf.

Omslag deel 1 van de kabouterreeks. (Illustratie: Ilana Oudkerk Pool)

De concept-verhalen zijn in eerste instantie in kleine kring verspreid. De reacties zijn lovend. De opgetekende verhalen zijn op de eerste plaats bedoeld als legacy voor het nageslacht. Echter, de verhalen zijn zo boeiend dat ze het verdienen om breder verspreid te worden. Niet alleen om aan kinderen voor te lezen, maar ook om door kinderen gelezen te worden.

Toekomst

Over de toekomst heeft Theo nog niet nagedacht. ,,Wellicht komt er na deel 3 nog een kabouterboek. Eerst de delen 1, 2 en 3 maar in boekvorm uitbrengen. Daarna zien we wel weer.” In de tussentijd geniet hij samen met ‘zijn’ Carla nog volop van het leven. Hij toont zich erg dankbaar en bevoorrecht dat hun dit gegeven is en beseft dat zoiets niet vanzelfsprekend is. Theo beschreef een en ander in zijn boek ‘Een gelukkig mens’. Het is zijn eigen levensverhaal dat hij niet geschreven zou hebben zonder echtgenote Carla.

Na het interview kruipt Theo weer snel achter de laptop om verder te werken aan deel 3 van de kabouterreeks. Begrijpelijk, want als je 88 bent kun je dit niet jaren op z’n beloop laten. (Tekst: Henk de Reus)

De eerder verschenen roman ‘Bloedbandgeheimen’ is nog steeds te bestellen bij Boekhandel Laan (ISBN: 9789461933133).